Gepubliceerd op: maandag 25 november 2019

Saints & Souls: een wandeltocht langs het katholieke verleden van Utrecht

Eén van de deelnemende jongeren, Michel Almelo, heeft een verslag geschreven over onze activiteit All Saints & Souls. Veel leesplezier!

We zijn de eerste dagen van november alweer even voorbij. Over minder dan twee weken breekt de adventstijd aan. Wat we ons wellicht niet realiseren is dat de kerstcyclus al is begonnen: met 1 en 2 november, Allerheiligen en Allerzielen, begint de kersttijd en komt het einde én het begin van het kerkelijk jaar dichtbij.

De immer groter wordende groep jongeren van het aartsbisdom besloot op 3 november de feesten van Allerheiligen en Allerzielen te combineren in een gezellige samenkomst in het hart van de stad Utrecht. Hier werden we na de hoogmis in de Catharinakathedraal meegenomen op een stadswandeling onder leiding van mgr. Woorts: een ‘tour’ langs het verleden van katholiek Utrecht, met bijzondere aandacht voor alle heiligen die verbonden zijn met de stad.

Mgr. Woorts bracht ons bij dat de stad Utrecht ontstond na een strijd tussen de christelijke Franken en de heidense Friezen. Ons land was tussen deze volkeren in tweeën verdeeld, maar, opper- en almachtig als Onze Lieve Heer is, werd de strijd beslecht door de christelijke glorie: in het huidige Utrecht verrees een fort alwaar Willibrord de eerste christelijke kerk van het Nederlandse gebied stichtte en wijdde aan de Heilige Martinus van Tours, in onze contreien beter bekend als Sint Maarten. Deze heilige was één der populairste van de Middeleeuwen, en werd de patroonheilige van de stad Utrecht: we zien hem terug in het wapen van de stad, waarin volgens de legende het rode vlak symbool staat voor zijn gedeelde mantel, en het witte vlak voor het deel dat hij niet weg kon geven: soldaten in het Romeinse leger betaalden de helft van hun uitrusting zelf. Martinus gaf dus weg wat hij bezat. Zijn beeltenis zien we op verscheidene plekken in de stad terug, waaronder natuurlijk op de Domkerk.

Onder Willibrord werd ons land officieel verbonden aan de Kerk van Rome, en sindsdien zetelde een bisschop in ons land. Die verbondenheid werd nog eens benadrukt door het ontstaan van een ‘kerkenkruis’, enkele eeuwen later: rond de Sint Maartenskerk (nu de Dom) verrezen vier andere kerken, vernoemd naar de vier pauselijke basilieken in Rome: de Pieterskerk (naar de St. Pietersbasiliek), de Janskerk (naar de basiliek van St. Jan van Lateranen), de Paulusabdij (naar de St. Paulus Buiten de Muren) en de Mariakerk (naar de Santa Maria Maggiore). We hebben ze niet alle vier gezien, daar ze niet alle vier meer (volledig) bestaan.

Wat we wél hebben gezien is het huis van de eerste en enige (tot nu toe?) Nederlandse paus in de geschiedenis: paus Adrianus VI. Deze door een mijner medestudenten liefkozend betitelde ‘Hutspotpaus’ heeft dit huis echter nooit gezien: hij liet het bouwen om er zijn laatste dagen in zijn geliefde Utrecht te slijten, maar werd tegen wil en dank tot paus gekozen in een conclaaf waar hij niet eens aanwezig was. Een vrij unieke situatie, en zo was zijn pausschap: in no-time (hij regeerde nauwelijks meer dan een jaar) wist hij de hele Romeinse bevolking en vrijwel alle kardinalen tegen zich te keren. Hij leek namelijk nogal op onze huidige Heilige Vader paus Franciscus, die een afkeer heeft van rijkdom, overdaad en de vele ‘kwalen’ die hij in onze Kerk ziet. In het Rome van de Renaissance was dit een verschrikking, en dat hij in de ogen van de Romeinen ook nog eens een ‘barbaar’ was die zijn eigen koks liet overkomen om iets klaar te maken wat we tegenwoordig hutspot noemen, in plaats van de verfijnde Italiaanse keuken op waarde te schatten, maakte hem niet geliefder. Na een jaar waren ze hem liever kwijt dan rijk, en zo geschiedde: bovendien was hij voor de komende 400 jaar de laatste buitenlander op de Heilige Stoel: de eerste niet-Italiaanse paus sinds Adrianus VI werd kardinaal Karol Wojtyla, die zich paus Johannes-Paulus II liet noemen en inmiddels heilig verklaard is.

Nadat we in een zeer regenachtige middag al deze interessante kennis over het katholieke verleden van Utrecht mochten opdoen, en nog enkele historische locaties van de stad aandeden om er over heiligen en zielen te leren, mochten we ons opwarmen in een fanatiek partijtje bowlen, waar zowel mgr. Woorts als vicaris Pauw (immer van de partij) lieten zien wat ze waard waren op hun zéér modieuze bowlingschoenen.

De dag eindigde met een heerlijk etentje in het bisschoppelijk paleis. Volgende halte: het kerstgala op zaterdag 14 december. Wees allen welkom!